Het doormeten van elektrische vloerverwarming is een belangrijke stap bij het opsporen van storingen of defecten. Hieronder vindt u enkele richtlijnen voor correcte metingen:
- Weerstandswaarde van de vloerverwarming
Meet de Ohmse (Ω) waarde tussen beide verwarmingsdraden met een multimeter. Aan de hand van het vermogen en de afmeting van de vloerverwarming kunt u controleren of de gemeten waarde binnen de toegestane marge valt. - Weerstandswaarde tussen aardedraad en vloerverwarming
Meet de Ohmse waarde tussen de aardedraad en elk van de twee verwarmingsdraden (apart). De uitkomst moet altijd ‘0’ of een oneindige waarde zijn. Wordt er een concrete waarde gemeten? Dan kan dit duiden op een breuk of kortsluiting in het systeem. - Weerstandswaarde van de vloersensor
Meet de Ohmse waarde tussen de twee draden van de vloersensor. Ook deze waarde moet binnen het opgegeven bereik vallen volgens de specificaties van de fabrikant. - Uitgaande spanning van de thermostaat
Meet de spanning op de aansluitpunten van de vloerverwarmingsdraden. Deze hoort tussen de 220 en 230 volt te liggen. Zet hiervoor de thermostaat actief (bijvoorbeeld door handmatig een hogere temperatuur in te stellen). Zodra het display gedoofd is en de thermostaat verwarming vraagt, kunt u de spanning meten.
Indien een installateur bij u aanwezig is om de metingen uit te voeren, is het raadzaam om contact met ons op te nemen. Wij kunnen dan samen de meetwaarden beoordelen en gerichter adviseren over een mogelijke oplossing. Heeft u nog verder vragen? Neem gerust contact met ons op.